Waarom?

Kinderen zijn erg goed in het stellen van open vragen. Mijn dochter van 5 stelt op het moment te pas en te onpas de ‘Waarom?’-vraag. En dan niet 1x, maar 5x achter elkaar. Eerlijk gezegd voelt dat zo af en toe ongemakkelijk, want je wordt gedwongen tot nadenken. De verleiding is er dan ook wel eens om te antwoorden in de trant van ‘omdat ik dat zeg’. Wat me daarvan weerhoudt is het besef dat ze die vragen stelt vanuit een oprechte leergierigheid, en dat die interesse een oprecht antwoord verdient.

Het frappante is, dat we als volwassene blijkbaar de vaardigheid tot open vragen stellen deels verliezen, gezien de hoeveelheid trainingen communicatieskills of persoonlijke effectiviteit waarin de ‘open vragen’ Wat? Waar? Wanneer? Wie? Waarmee? Waarom? een belangrijke rol spelen.

Een van de verklaringen zou kunnen zijn dat ons eigen referentiekader, waardoor we naar de wereld kijken, steeds completer wordt. Met andere woorden, we hebben bij steeds meer situaties en omstandigheden eerdere ervaringen die ons beeld kleuren, waardoor we sneller denken te weten wat de ander bedoelt. Een conclusie is dan snel getrokken, en het resultaat is een gesloten vraag waarin vaak onze eigen mening verpakt is.

Vaak zit in datzelfde referentiekader ook nog de overtuiging dat we geacht worden alles te weten. Gevolg: Om niet ‘dom’ over te komen stellen liever geen vraag dan het risico te lopen een ‘domme’ vraag te stellen.

Lastig, want degene met wie we in gesprek zijn kijkt naar de werkelijkheid door zijn eigen referentiekader, zijn eigen ‘roze bril’, en kan dus zomaar iets heel anders bedoelen dan wij op basis van onze waarneming van de werkelijkheid menen te mogen concluderen.

Een aardig voorbeeld van zo’n situatie vind ik het bekende verhaal over de inkoper met de poster van een groot zeilschip aan de muur van zijn kamer. Veel van de verkopers die bij deze meneer op bezoek kwamen associeerden de plaat met een liefhebberij van de inkoper (immers: dat waar je een band mee hebt hang je aan de muur), en stelden de vraag: ‘Houdt u van zeilen?’. Het antwoord was altijd een ‘Nee, ik heb een vreselijke hekel aan zeilen. Die poster hangt daar om verkopers zoals u snel ter zake te brengen’.

Een letterlijke hand-tekening :-)

Een letterlijke hand-tekening…

Ander voorbeeld: Mijn vrouw vroeg vanmiddag mijn dochter om haar ‘handtekening’ te zetten onder een aantal afspraken die ze samen gemaakt hadden. Ze stelde daarop de terechte vraag ‘Wat is dat, een handtekening?’, maar had ondertussen het woord al letterlijk geïnterpreteerd, met als gevolg een mooie omtrek van haar hand op het papier…

Dat laatste voorbeeld is dan gelijk een illustratie van het feit dat het stellen van een open vraag niet voldoende is. Luisteren naar het antwoord (en daarna Samenvatten om te toetsen of je het begrepen hebt, en vervolgens Doorvragen (de zgn. LSD-methode)) horen er ook bij om echt te doorgronden wat de ander gezegd heeft.

Het aardige is, dat open vragen stellen niet alleen werkt richting anderen, maar dat het ook ‘in gesprek met jezelf’ een krachtig hulpmiddel kan zijn om voor jezelf te bepalen wat je nu echt wil, en wat je nu echt vindt van een bepaalde situatie. Met name doorvragen is daarbij belangrijk. Daag jezelf uit je antwoorden te verdiepen, te concretiseren. Een concrete oefening daarbij is:

  1. Stel jezelf een open vraag door hem op te schrijven. Bijvoorbeeld: ‘Waarom vind ik mijn werk niet meer leuk?’ of ‘Waarom wil ik graag promotie maken?’.
  2. Beantwoordt de vraag, en stel vervolgens de vervolgvraag ‘Waarom?’.
  3. Herhaal stap 2 totdat je 5 antwoorden hebt, en kijk waar je uitgekomen bent.

Deze oefening kun je overigens ook met iemand anders doen, maar wees je er van bewust dat afhankelijk van de vraag de antwoorden zeer persoonlijk kunnen zijn, en kies iemand die je daarmee vertrouwt, en die de waarom-vraag vanuit oprechte belangstelling kan stellen.

Benieuwd naar je ervaringen met deze oefening!

 

 

Een reactie op “Waarom?

  1. Grappig, in een training die ik vorig jaar heb ontwikkeld en gegeven ging het ook juist over “domme vragen” stellen. De “waarom” vragen, maar ook de vragen waarvoor je een beetje geneert als “wat is uw budget?”.

    Wat je hierin, volgens mij, vooral van kinderen kunt leren: zolang je doorvraagt (5x waarom in verschillende variaties) vanuit een oprechte interesse of nieuwsgierigheid wordt het geaccepteerd. En zelfs gewaardeerd.

    Tweede leerpuntje: het doorvragen van kinderen wordt pas vervelend als je het antwoord bij herhaling niet weet (“Waarom zijn er dan neutrino’s nodig?”) of het antwoorden pijnlijk wordt (“waarom heeft mama nu alweer een blauw oog?”) 🙂

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*